Terwijl in Europa stemmen opgaan om de regelgeving voor AI-bedrijven te versoepelen, blijkt uit onderzoek dat driekwart van de Nederlanders juist pleit voor strengere wetgeving. Een overgrote meerderheid ondersteunt de inspanningen van de Europese Unie om nieuwe wetten te implementeren voor de regulering van AI-technologie.
AI-wetgeving
De afgelopen weken stonden in het teken van een geopolitieke strijd tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie op het gebied van AI. Beide machten wedijveren niet alleen in investeringen, maar ook in het scheppen van de meest gunstige omstandigheden voor de opkomst van AI-giganten. Hierbij ligt wetgeving onder vuur, met het argument dat strikte regulering innovatie zou belemmeren. Het traditionele beeld is dat de VS innoveert, China kopieert en Europa reguleert.
Tegenwind voor versoepeling
Tijdens de AI Summit in Parijs pleitte de Franse president Emmanuel Macron ervoor om innovatie niet te verstikken door wetgeving. “Als we reguleren voordat we innoveren, zullen we geen innovatie hebben”, stelde hij. Ook de Amerikaanse vicepresident J.D. Vance en het EU AI Champions Initiative, waarin zestig Europese AI-bedrijven zich verenigd hebben, pleiten voor een minder complex regelgevend kader om lokale innovatie en wereldwijd leiderschap te stimuleren. Onder de deelnemers bevinden zich grote namen als ASML, SAP, Siemens, Mistral AI en Heineken.
Regulering
Toch lijkt er onder de Nederlandse bevolking weinig animo te zijn voor versoepeling. Volgens recente cijfers vindt 78 procent van de Nederlanders dat AI-technologie strenger gereguleerd moet worden en 75 procent ondersteunt de Europese wetgevingsinitiatieven op dit gebied. Bovendien maakt 60 procent zich zorgen over online privacy en vreest 70 procent dat bedrijven met AI steeds meer persoonlijke data verzamelen zonder expliciete toestemming.
Wetgeving als motor voor innovatie
De vraag rijst of regelgeving daadwerkelijk een rem zet op de groei van Europese AI-bedrijven. Naast wetgeving spelen er structurele factoren, zoals het ontbreken van een gedeelde kapitaalmarkt binnen de EU. Dit belemmert bedrijven in het aantrekken van buitenlands talent en het belonen van personeel met aandelen. Veel van deze belemmeringen kunnen juist worden aangepakt met aanvullende Europese regelgeving, wat suggereert dat goede wetgeving innovatie niet afremt, maar juist bevordert.
Strengere regels als concurrentievoordeel
Marietje Schaake, expert op het gebied van digitale regulering, wijst erop dat het idee dat wetgeving innovatie belemmert grotendeels uit de techlobby komt. Politici nemen dit argument over, maar snijdt het ook hout? Ter vergelijking: een auto wordt pas op de markt gebracht als bewezen is dat deze veilig de weg op kan. Dit beschermt zowel consumenten als producenten tegen risico’s en terugroepacties. Ditzelfde principe geldt voor AI: een solide wettelijk kader kan op de lange termijn juist een concurrentievoordeel opleveren.
De conclusie lijkt dan ook helder: zonder regulering zal innovatie mogelijk niet op brede schaal worden geaccepteerd. En dat zou pas echt zonde zijn.