Uit een onderzoek van Smartshore blijkt dat 55 procent van de Nederlandse bedrijven hun IT-werkzaamheden liever niet uitbesteedt aan buitenlandse partijen. Het onderzoek, uitgevoerd door Panelwizard onder 1.030 IT-eindverantwoordelijken, toont aan dat 54 procent van de ondervraagden de voorkeur geeft aan samenwerking met een partij die qua cultuur en bedrijfs-DNA aansluit bij hun eigen organisatie.
Buitenlandse IT-partners
Opvallend is dat met name kleinere bedrijven (tot 25 medewerkers) huiverig blijken te zijn voor internationale IT-partners. Van deze bedrijven geeft 60 procent aan liever niet in zee te gaan met een buitenlandse partij. Bij grote multinationals (meer dan 1.000 medewerkers) ligt dit percentage lager, namelijk op 47 procent.
Uitdagingen: schaarste en outsourcing
Volgens Jelke Schippers, CEO van Smartshore, kampen bedrijven met de uitdaging om IT-talent lokaal te vinden door schaarste en stijgende loonkosten. “De vraag naar IT-specialisten groeit, maar lokaal opschalen blijkt steeds moeilijker. Internationale samenwerking kan een oplossing bieden door toegang te geven tot waardevolle kennis en vaardigheden die buiten de landsgrenzen beschikbaar zijn”, aldus Schippers.
Hoewel veel Nederlandse bedrijven liever met lokale partijen samenwerken, heeft 58 procent wel eens overwogen hun IT-taken uit te besteden. Dit percentage stijgt tot twee op de drie bij grote organisaties. Desondanks kiezen twee derde van de IT-eindverantwoordelijken het liefst voor een Nederlandse partner. Vooral kleine bedrijven hechten hieraan meer waarde (73 procent) dan grotere organisaties (55 procent).
IT als strategische pijler
IT speelt voor veel Nederlandse bedrijven een strategische rol, waarbij 72 procent van de organisaties de verantwoordelijkheid voor outsourcing op directieniveau legt. Schippers benadrukt het belang van een weloverwogen keuze voor outsourcing. “Het selecteren van de juiste partner gaat niet over één nacht ijs. Naast een goed track record en specialistische kennis, moeten beide partijen investeren in een duurzame samenwerking.”