Lucien Engelen: “Breng zorg bij de mensen thuis”

Mirjam Hulsebos portret

E-health, the quantified self, thuismonitoring, patiënten toegang geven tot hun eigen data, zorgcommunities. Er gebeurt van alles in zorgland, maar vrijwel altijd zijn het op zichzelf staande projecten. Het Radboudumc brengt dit nu samen op één platform om vijf patiëntgroepen te monitoren. De eerste pilot met COPD-patiënten loopt inmiddels.

In een ziekenhuis kun je nog zoveel metingen doen, je hebt geen zicht meer op wat er gebeurt zodra patiënten thuis zijn. Houden ze zich aan hun therapie? Bewegen ze voldoende? Het Radboudumc werkt al langer met community-achtige oplossingen voor patiënten, waarmee ze thuis toegang hebben tot hun data en kunnen communiceren met hun arts. In de vorige editie van ICT/Zorg schreven we al over de e-healthdiensten die het Radboudumc heeft ontwikkeld. Waaronder Facetalk, een beveiligde variant van Skype, en Hereismydata, een systeem dat data uit verschillende zorgsystemen ophaalt en patiënten de mogelijkheid biedt daar eigen data aan toe te voegen die wordt verzameld met stappentellers, sportapps en wat dies meer zij. In diezelfde uitgave kon u ook lezen over het Hospital to Home-concept van Philips, dat het mogelijk maakt om patiënten in hun thuissituatie te monitoren. Afhankelijk van de apparatuur die je aansluit gaat het dan om zaken als hartslag, temperatuur, ademhaling, bloeddruk, gewicht enzovoort. Philips noemt dit ook wel de Digital Health Suite. Schuif je die twee concepten in elkaar dan krijg je een wolf in schaapskleren: Hereismydata powered by Philips. En dat rolt het Radboudumc in samenwerking met Philips momenteel uit.

 

Monitoren en delen

Lucien Engelen, directeur van het REshape Innovation Center van het Radboudumc, legt uit: “De Digital Health Suite, en daarbinnen de samenwerking van Philips met Salesforce.com, is een open platform waarop iedereen kan aansluiten. En dan bedoel ik dus echt iedereen, zowel partijen die traditioneel uit de zorg komen, zoals Siemens en Medtronic, maar ook partijen die vanuit de consumentenkant komen invliegen, zoals Apple en Google.” Hereismydata monitort patiënten in hun thuissituatie, en koppelt de data real-time terug aan de patiënt. En dan niet in de vorm van ruwe data, maar verrijkt met kennis zodat de patiënt het ook kan interpreteren. Daarnaast stelt het de patiënt in staat de data te delen met anderen: zorgverleners maar ook vrienden en familie of lotgenoten. “We werken nu aan vijf klinische modules voor COPD, diabetes, zwangerschap, Parkinson en hypertensie (lage bloeddruk),” aldus Engelen.

 

Snelheid maken

Omdat de innovatiecentra van Radboudumc en Philips beide al langere tijd bezig waren met hun eigen concepten, konden ze de twee toepassingen snel in elkaar schuiven. “Vanaf het moment dat ik met Jeroen Tas van Philips Healthcare om tafel zat duurde het exact zeven weken voor we een werkende oplossing voor COPD-patiënten konden presenteren in San Francisco op het jaarlijkse Salesforce-congres met 140.000 bezoekers,” vertelt Engelen trots. “We zijn gewoon een week lang met een groep mensen van REshape, Philips en Salesforce bij elkaar bij Philips Design gaan zitten en hebben een werkende oplossing gebouwd voor COPD. In een soort hackaton dus. Daarna duurde het zes weken om die te integreren in de COPD-zorg van Radboudumc. Het mooie was: medici staan lang niet altijd te springen als we met innovatieve ideeën komen, maar hiervoor liep iedereen warm. Niemand vond het een punt om bestaande werkwijzen los te laten en op een nieuwe manier te gaan werken. Iedereen zag meteen de meerwaarde.” En zo maak je dus vaart.

 

Lucien Engelen

 

 

COPD in kaart

In deze eerste module komt opvallend genoeg geen Philips-apparatuur voor. “Dat hoeft ook helemaal niet, het is een open platform,” benadrukt Engelen nog maar eens. Een centrale rol is weggelegd voor de Vital Connect Health Patch, een pleister met biosensor die je op de borst plakt en die een aantal zaken kan meten, waaronder hartslag, hartritme, ademhaling, huidtemperatuur en stresslevel. Patiënten die door hun huisarts worden doorgestuurd naar de longarts krijgen zo’n pleister opgeplakt, krijgen een spirometer mee naar huis (een apparaat om de longfunctie te meten) alsmede een tablet met twee door Philips ontworpen (en inmiddels FDA-goedgekeurde) applicaties. In een halfuurtje krijgen ze van de longarts of een assistent uitleg hoe ze de spirometer en tablet moeten gebruiken.

Ze worden naar huis gestuurd met een vervolgafspraak precies een week later. Engelen: “Vroeger duurde zo’n eerste intake-onderzoek 2,5 uur. Dan werd een vragenlijst ingevuld en onderging de patiënt een aantal testen. Maar dat is natuurlijk een momentopname. Met Hereismydata/Digital Health Suite kan de arts de patiënt in de thuissituatie volgen, waardoor hij veel meer informatie krijgt: hoe goed slaapt de patiënt, wat is zijn leefritme, hoeveel beweegt hij? Daarmee kan een veel nauwkeuriger diagnose worden gesteld.” Tijdens het behandeltraject wordt de patiënt op dezelfde manier gemonitord. De arts kan op afstand de data uitlezen, maar de patiënt zelf ziet de informatie uiteraard ook. De app voorziet de data van een context, waardoor het begrijpelijk wordt. Engelen: “Negen van de tien keer ziet een patiënt het terug in de data als hij zich niet lekker voelt. Hij ziet ook wat de impact is van de voorgeschreven therapie. Stel dat iemand regelmatig moet bewegen, maar hij kan een week lang zijn dagelijkse wandeling niet maken omdat hij door zijn enkel is gegaan, dan ziet hij wat het effect is op zijn waardes. Dat is natuurlijk een ongelofelijke stimulans voor de therapietrouw.”

 

Sociale druk

De arts kan boven- en ondergrenzen instellen bij bepaalde waardes. Overschrijdt een patiënt die grens, dan kan de arts automatisch een vragenlijst laten versturen. Of de vraag stellen of de patiënt de laatste dagen zijn medicatie wel trouw heeft ingenomen. Engelen: “Het mooie is dat patiënten dit soort vragen op een gegeven moment zelf wel zien aankomen, waardoor ze gestimuleerd worden hun leefstijl aan te passen en trouw te blijven aan de therapie.” Bovendien kan de patiënt vragen of familie of vrienden willen meekijken. “Zo creëer je sociale druk. Je kunt niet meer voor je partner verbergen dat je niet bent gaan sporten,” geeft Engelen als voorbeeld. Het is ook mogelijk om via het platform contact te houden met lotgenoten. “Wij hebben de ervaring met andere patiëntenplatforms dat lotgenotencontact ontzettend veel steun geeft. Patiënten zijn immers de ervaringsdeskundigen met een bepaalde ziekte. Zij kunnen via Hereismydata/Digital Health Suite onderling tips en ervaringen uitwisselen.”

De technologie die in het communitydeel van het platform wordt gebruikt is van Salesforce.com. “Zij hebben daar veel ervaring mee in commerciële toepassingen,” weet Engelen. “Een vertaalslag maken naar de zorg was enerzijds eenvoudig qua techniek en schaalbaarheid. Anderzijds heeft de zorg een ander communicatiemodel. Dat is ook de grote meerwaarde van dit samenwerkingsverband tussen Philips, Salesforce.com en ons: door gebruik te maken van elkaars expertise kunnen we de ontwikkelingen in de zorg versnellen.”

 

Omslagpunt: 2015

De komende maanden wordt Hereismydata/Digital Health Suite klaar gemaakt voor uitrol naar honderden COPD-patiënten. De andere klinische modules zullen binnen enkele maanden eveneens live zijn. Daarmee is Radboudumc precies op tijd, denkt Engelen. “Ik verwacht dat 2015 het ‘tipping point’ gaat worden in de gezondheidszorg. Ineens zullen er zoveel patiënten met hun eigen data bij een arts komen dat het niet langer te negeren valt. Patiënten verzamelen die data met hun eigen consumentenelektronica, bijvoorbeeld in hun Apple health app, via een smartwatch, hartslagmeter, stappenteller of met apps die bijhouden hoe ver je hebt gerend of gefietst. Ik verwacht dat die druk van buiten de zorg erg groot wordt. Ons platform kan die data integreren en in de juiste, klinische context plaatsen. Want dat is natuurlijk wel van belang. Aan alleen de ruwe data heeft een patiënt niets. Het gaat erom dat die wordt vertaald in informatie op basis waarvan hij zijn gedrag aanpast.”

Partijen buiten de zorg krijgen in dit hele spel een grote impact. En dat is prima, denkt Engelen.

Hij schrijft momenteel aan zijn vierde boek over de noodzakelijke veranderingen in de zorg, wat de titel 2015; the tipping point of health(care) krijgt. “Jarenlang heeft de medische academische wereld gedacht dat zij de enige was die voor innovatie kon zorgen. Maar bedrijven als Google en Apple kunnen dat ook. Die hebben de laatste jaren medische kennis in huis gehaald. Er is zelfs al een consumententoepassing waarmee je hartfibrileren kunt diagnosticeren, goedgekeurd door de FDA en vergoed door de ziektekostenverzekeraar. Het helpt niet als medici hun neus hiervoor ophalen, want het gebeurt toch. Je kunt beter de samenwerking met dat soort partijen zoeken. Want als jij het niet doet, dan doet een ander ziekenhuis het wel. Of een bedrijf van buiten de zorg. Ik noem dat wel de ‘Uberisering’ van de zorg. Dit alles gebeurt sneller dan iedereen denkt. Het is nu het moment om in te stappen, mee te doen en samen met je patiënten ervaring op te doen. Je kunt de wensen van patiënten niet langer negeren. De tijd dat dokters bepaalden wat goed was voor de patiënt ligt achter ons. De patiënt staat aan het roer en wij zorgverleners zullen moeten volgen.”

 

Gerelateerde berichten...